In Parijs is het proces begonnen tegen Youssouf Fofana (28) en de ‘Barbarenbende’ die in januari 2006 de joodse jongeman Ilan Halimi ontvoerde om losgeld te krijgen, “omdat joden veel geld hebben en solidair zijn”. Halimi werd drie wekenlang vastgehouden en gemarteld. Hij werd nog levend aangetroffen langs een spoorbaan in een voorstad van Parijs, met brandwonden over zijn gehele lichaam. Op weg naar het ziekenhuis overleed Halimi, 23 jaar oud. Fofana schoffeerde op de eerste dag de rechtbank door te glimlachen en te roepen ‘Allahuh Akbar’. Het proces vindt achter gesloten deuren plaats , omdat twee van de verdachten ten tijde van het misdrijf minderjarig waren. Joodse organisaties betreuren dat het proces niet publiek is.
Dinsdag j.l. ontving de Procureur van de Republiek een brief van een onbekende groep, “L’Organisation Juive” die 400.000 euro belooft aan degene die zich ‘ontfermt’ over de hoofdverdachte, indien die niet aan het einde van het proces geen voorbeeldstraf krijgt.
Na het bekend worden van de antisemitische motieven in 2006, demonstreerden tienduizenden mensen in Parijs tegen racisme en antisemitisme. Er zijn inmiddels verschillende boeken
verschenen over de zaak, waaronder één van de moeder van Ilan.
