De ramp van de vlucht AF447 op 1 juni 2009 is vermoedelijk te weten aan defecte snelheidsmeters.
Dat is een van de voorlopige conclusies van het Franse Bureau voor Luchtvaartveiligheid en -Onderzoek (BEA) De vlucht AF447 van Rio de Janeiro naar Parijs verongelukte op de Atlantische Oceaan, zonder dat duidelijk was wat er precies gebeurd was. Het toestel leek spoorloos verdwenen. Na een paar weken werden wat brokstukken gevonden en een deel van de slachtoffers geborgen. Het toestel zelf, en de ‘zwarte dozen’ bleven onvindbaar.
Air France en de Franse regering stuurden verschillende expedities naar het gebied op 800 kilometer van de Braziliaanse kust. Uiteindelijk leidde de zoektocht op 1 mei j.l. tot succes. Zowel de romp van de Airbus als de twee Flight Recorders werden getraceerd op maar liefst 3.900 meter diepte. Ondanks de grote druk gedurende twee jaar bleken de gegevens op de ‘zwarte dozen’ nog intact. Oorspronkelijk zou de BEA de onderzoeksresultaten pas deze zomer publiceren, maar de afgelopen dagen speculeerden verschillende media over mogelijke oorzaken.
In het rapport valt onder andere te lezen dat het vliegtuig een zone inging met turbulentie. De piloten nemen de kist over van de automatische piloot en worden twee minuten later op de snelheidsmeters met een plotselinge daling van de snelheid. Een paar seconden later zeggen de piloten “we hebben snelheid verloren” en “we hebben geen enkele betrouwbare informatie meer”. Op basis van de verkeerde informatie van de snelheidsmeters, proberen de piloten in te grijpen. Het vliegtuig verandert van hoek en gaat naar beneden. In 3 minuten en 30 valt het toestel van 38.000 voet (11.500 meter) hoogte naar het oceaanoppervlak en 216 passagiers en twaalf bemanningsleden komen om het leven. De BEA zal de komende maanden nader technisch onderzoek doen voordat de definitieve conclusies worden gepresenteerd.