Il y a longtemps que je t’aime Regie: Philippe Claudel (FR 2008, 115 min.). Met: Kristin Scott Thomas, Elsa Zylberstein, Serge Hazanavicius e.a. Officiële site. Mijn waardering:
Juliette (Kristin Scott Thomas) is nog maar net uit de gevangenis ontslagen en maakt al direct haar eerste overtreding: ze rookt een sigaret in een publieke ruimte. Op het troosteloze vliegveld van Nancy wacht zij op haar zus Lea (Elsa Zylberstein) die haar op komt halen. Vijftien jaar zat ze opgesloten en op aanraden van de reclassering gaat Juliette wonen bij haar zusje Lea. Lea heeft, heel politiek correct, twee geadopteerde Vietnamese dochtertjes, want zelf wilde ze haar buik daar niet voor gebruiken. Lea’s man, een CNRS-onderzoeker die alleen in voetbal geinteresseerd is, is daar niet zo blij mee. Juliette praat niet veel, wil niets kwijt over de redenen waarom ze haar zoontje van het leven heeft beroofd en gedraagt zich soms autistisch. Langzaam maar zeker bouwen de twee zussen weer een band op die vijftien jaar eerder wreed verbroken werd. Juliette probeert haar weg te vinden in haar nieuwe leven.
Uiteindelijk blijkt dat Juliette haar zoontje heeft ‘vermoord’, omdat hij ongeneeslijk ziek was. De door de wol geverfde bioscoopbezoeker zag die clou natuurlijk al kilometersver aankomen, maar voor de acteurs is het kennelijk een verrassing. Het gaat hier dus in feite om een geval van euthanasie, een actueel onderwerp dezer dagen in Frankrijk. Il y a longtemps que je t’aime is een film zoals die in Frankrijk aan de lopende band gemaakt worden en reeds sinds de klassieker Modern Times (1936) van Charlie Chaplin weten we hoe treurig de lopende band kan zijn.
Regisseur Philippe Claudel is een bekende Franse schrijver die met deze film zijn debuut maakt. Afgelopen jaar verscheen van hem het veelgeprezen Le rapport de Brodeck, die nog op mijn stapel «Te Lezen» ligt. Een schrijver die zijn eigen werk verfilmt: dat is in Frankrijk, helaas, niets bijzonders. Als het even kan is de schrijver ook nog het onderwerp en het liefst ook de hoofdrolspeler. De ‘auteur-réalisateur’ is zo’n beetje de hoogste bereikbare positie in de Franse intellectuele samenleving is. Philippe Claudel maakt met deze deprimerende en bijna groteske film zijn entrée in die nombrilistische cinémafia. De hoofdpersonen zijn nagenoeg allen gepromoveerd, beschouwen regisseur Rohmer als de Racine van de 20e eeuw, praten over litteratuur en trekken zich in het weekend terug in hun gerieflijke huizen à la campagne. Maar gegoede Fransen die niemendallerig over hun pijntjes praten: dat is alleen draaglijk in de films van Rohmer, niet in die van fantasieloze succesauteurs.
De Fransen zijn ‘s werelds grootste anti-depressivaslikkers. Het is ook het land met een bijna ongeëvenaard hoog bioscoopbezoek. Na het zien van films als Il y a longtemps que je t’aime dringt de vraag zich op of er een causaal verband tussen deze twee feiten bestaat.
This post is also available in: English Nederlands Français